Gestapelde fragmenten 2 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Intussen wordt zijn kunstenaarschap steeds meer een excentrieke, solitaire aangelegenheid, waardoor behalve zijn vrouw en drie zonen slechts weinigen weten waar hij mee bezig is. Tot schilderen komt hij niet meer. Niettemin wil hij, net als eerder in het schilderij Dictator (een swastika in de gedaante van een monsterlijke adelaar), zichtbaar maken welk onheil machthebbers kunnen aanrichten. Zijn surrealistische visioenen maken plaats voor pogingen om het verleden – vooral de Tweede Wereldoorlog – in installaties tastbaar aanwezig te stellen. Daartoe vergaart hij versleten soldatenuniformen, helmen, gasmaskers, verroeste mitrailleurs en bajonetten, militaire zakboekjes, foto's van het oorlogsfront, briefwisselingen, oude stafkaarten, stukken prikkeldraad, verbandtrommels en allerlei voor een buitenstaander niet te determineren fragmenten. Het atelier achter zijn woonhuis aan het Kerkpad Noordzijde – en na verloop van tijd ook het huis zelf – raakt overvol met al deze spullen. Waar in een archeologische werkplaats objecten worden schoongemaakt, geconserveerd en geregistreerd, fungeren ze bij Prinsen als materiaal in een creatief proces dat schijnbaar wanordelijk, maar in werkelijkheid weldoordacht verloopt. De kunstenaar maakt installaties waarin de geschiedenis zich samenbalt. Zeer confronterend is dit wanneer het de Tweede Wereldoorlog betreft, want via de voorwerpen – of restanten ervan – vindt bij wijze van spreken een ontmoeting plaats met mensen, en dit roept vragen op over hun lotgevallen, hun slachtofferschap, hun schuld misschien. Achter deze levens gaan weer andere levens schuil, letterlijk, in talloze gestapelde fragmenten. Het cumulatieve aspect weerspiegelt de poging het onbevattelijke te bevatten. Het project blijft uitdijen in tijd en ruimte, totdat Otto Prinsen op 16 maart 2006 overlijdt. Ernst van Raaij (klik hier voor het hele verhaal) |
---|